Statische toetsen stellen dendrochronologen in staat op snelle wijze de talloze mogelijke posities te filteren op de meest waarschijnlijke mogelijke dateringen. Voor het dateren van een meting moet deze met alle mogelijke posities ten opzichte van een referentiecurve vergeleken worden.
Met enkele tientallen referentiecurven die eeuwen lang zijn loopt het aantal posities dat onderzocht moet worden al snel in de duizenden.
Hieruit kan echter maximaal één jaartal volgen dat de correcte is.
Voor dateringsonderzoek worden 2 statistische toetsen gebruikt:
De Student t-toets
Deze is gebaseerd op de correlatie coëfficiënt en geeft aan of de gelijkenis op een gegeven positie op toeval berust of niet. Hoe hoger de waarde, hoe kleiner de kans dat het om een toevalstreffer gaat. Het theoretische maximum is 100 (voor identieke reeksen). In de praktijk worden doorgaans alleen t-waarden hoger dan 5 als een indicatie voor een datering beschouwd. Voor een meting van 100 ringen komt dit neer op een kans van 1 op 10.000 dat de gevonden uitslag op toeval berust voor. Een positie met t-waarden tussen 4 en 5 zijn betrekkelijk zwak. Dergelijke t-waarden worden alleen als onderbouwing gebruikt als deze met meerdere referentiecurven voorkomen. T-waarden hoger dan 10 zijn uitzonderlijk en duiden vaak op metingen uit één boom.
Voorafgaand aan het berekenen van de t-waarde worden de jaarringbreedtes logaritmische getransformeerd zodat deze een normale verdeling benaderen.
De Gleichläufigkeit
De Gleichläufigkeit (GLK, ook wel percentage van parallelle variatie genoemd) wordt niet berekend aan de hand van de jaarringbreedtes, maar is het percentage van de intervallen tussen twee jaren waarin de meting en referentiecurve gelijktijdig een stijging of daling in het jaarringpatroon laten zien. De waarde van de GLK ligt tussen 0 en 100, waarbij 50 overeenkomt met ruis. In de praktijk wordt een GLK van minder dan 62 als zwak beschouwd.
De statistische uitslagen moeten in een dendrochronologische rapportage opgenomen worden, zodat de resultaten op eenvoudige wijze geverifieerd kunnen worden zonder het hele onderzoek opnieuw te doen. Statistiek is echter alleen een hulpmiddel. Het jaarringpatroon van een boom voldoet niet altijd aan de theoretische veronderstellingen die aan statistiek ten grondslag liggen. Niet iedere significante uitslag wijst per definitie op een datering, en niet iedere datering laat significante statistische resultaten zien.